Skip to main content
Dit is een algemene afbeelding voor: Emotionele en sociale gevolgen van een oogaandoening
Dit is een algemene afbeelding voor: Emotionele en sociale gevolgen van een oogaandoening

Emotionele en sociale gevolgen van een oogaandoening

Wat is het?

Deze informatie gaat over emotionele en sociale problemen bij een oogaandoening. En over de hulp die u hiervoor kunt krijgen.

Als iemand door zijn oogaandoening veel last heeft van negatieve gevoelens of emoties dan heeft hij of zij emotionele klachten. U kunt bijvoorbeeld verdrietig zijn omdat u bepaalde dingen niet meer kunt. Of u voelt zich onzeker, somber, prikkelbaar, boos of machteloos. Sommige mensen met een oogaandoening piekeren veel over de toekomst.

‘Ik kan mijn gedachten niet meer stopzetten, ik pieker de hele tijd.’
‘Mensen begrijpen niet dat ik minder kan zien, daar heb ik het moeilijk mee.’

Daarnaast kan uw oogaandoening gevolgen hebben voor de relaties met de mensen om u heen. Uw partner, kinderen, familie, vrienden of collega’s. Of hoe zij met u omgaan. Misschien heeft u minder contact met anderen en voelt u zich eenzaam of moet u eraan wennen dat uw partner of kind voor u zorgt. Als de oogaandoening negatieve gevolgen heeft voor relaties en contacten dan noemen we ze sociale problemen.

‘Op mijn werk begrijpen ze niet dat ik moeite heb met computerwerk.’
‘Het lijkt wel of mensen niet willen begrijpen dat ik niet meer goed kan zien.’

Lichaam, emoties en omgeving bepalen samen de gezondheid. Ze beïnvloeden elkaar. Een oogaandoening kan daarom de oorzaak zijn van psychosociale problemen. Psychosociale problemen is de verzamelterm voor emotionele klachten en sociale problemen. We leggen u uit wat u kunt doen als u hier last van hebt.  

Ben je jonger dan 18 jaar? Dan is er aparte informatie voor je. Je vindt hier de informatie voor jongeren.

Voor iedereen anders

Niet iedereen krijgt psychosociale problemen door een oogaandoening. Maar het is niet vreemd als u hier last van heeft. Op welk moment iemand klachten ervaart, kan per persoon en per oogaandoening verschillen. Bijvoorbeeld na de diagnose, tijdens een behandeling of juist als de behandeling al een tijdje is afgerond.

3 fases bij een ziekte of beperking

Wie ziek wordt en blijft, of een beperking krijgt, gaat over het algemeen door deze 3 fases:

  1. Herstelfase
    In de herstelfase is de aandacht vooral gericht op beter worden. Men spoort problemen op en probeert ze op te lossen.
  2. Verwerkingsfase
    In deze fase leert men welke beperkingen de ziekte met zich mee brengt. Dit is voor veel mensen confronterend. Zij realiseren zich dat ze niet meer beter worden en zien wat ze niet meer kunnen. Dit is de fase waarin mensen vaak moe zijn. Ze hebben veel energie gestoken in de eerste fase. In deze tweede fase ervaren mensen waar hun grenzen liggen. Ook de teleurstellingen en emoties kosten veel kracht.
  3. Aanpassingsfase
    De aanpassingsfase is de fase waarin men zich aanpast aan de definitieve verandering, en zoekt naar nieuwe mogelijkheden. Mensen proberen andere dingen te doen die zij nog wel kunnen. Of ze doen dezelfde dingen op een andere manier. In deze fase komt er weer energie vrij om te kijken wat er nog wel mogelijk is, ondanks de ziekte of beperking. Niet iedereen doorloopt deze fases op dezelfde manier en soms lukt het zonder hulp niet om verder te komen.